Stephan Brandligt ziet een mooie samenwerking voor zich met Energie in het OV

De contentredactie van Energie in het OV is in gesprek gegaan met Stephan Brandligt. Hij is voormalig wethouder bij Gemeente Delft en momenteel werkzaam als zelfstandig adviseur Energietransitie. Op 15 januari heeft hij de actieagenda aan minister Jetten overhandigd, die hem vervolgens naar de Tweede Kamer gestuurd heeft voor het commissiedebat op 22 januari 2024. In de Actieagenda heeft hij ook een sectie gewijd aan het meervoudig gebruik van het OV-net. Om de agenda te laten slagen, is volgens Brandligt samenwerking tussen verschillende partijen van essentieel belang. Hij ziet een samenwerking met Energie in het OV, om het meervoudig gebruik van het OV-net in praktijk te brengen, dan ook zeker zitten.

Actieagenda Netcongestie Laagspanningsnetten

In 2022 werd het Landelijk Actieprogamma Netcongestie (LAN) gepresenteerd aan de Tweede Kamer. Deze lijkt in eerste instantie veel overeenkomsten te hebben met de Actieagenda Netcongestie Laagspanningsnetten. Toch vertelt Brandligt dat zijn Actieagenda wel degelijk meerwaarde heeft: ‘’Het LAN bestaat nu al ongeveer twee jaar en was oorspronkelijk gericht op hoogspanning en middenspanning. Toen begonnen zich ook al problemen met laagspanning op te stapelen. Ongeveer een jaar geleden kwam dit in het nieuws toen Aliander de problematiek aankaartte, waardoor een aparte actieagenda voor laagspanning nodig bleek.’’

Het LAN is recentelijk herzien en heeft dezelfde indeling gekregen als Brandligts Actieagenda Laagspanning. Deze indeling omvat drie verschillende focusgebieden. Het eerste richt zich op het versnellen van het aanleg- en bouwproces op alle niveaus. Het tweede draait om het optimaliseren van het gebruik van de bestaande infrastructuur. Het derde focusgebied is gericht op het verkrijgen van meer inzicht door middel van metingen, sensoren, modellen en simulaties, om problemen beter te kunnen voorspellen. Brandligt: ‘’Hoewel de termen hetzelfde zijn, is de aanpak en dynamiek op het laagspanningsnet fundamenteel anders dan op het hoogspanningsnet. Het is cruciaal dat laagspanning voldoende aandacht krijgt binnen het geherstructureerde LAN, en mijn rol zal onder meer zijn om dit te waarborgen’’.

Verschillende partijen

Het waarborgen hiervan is een grote taak, die Brandligt dan ook niet alleen zal uitvoeren: ‘’Met het opstellen van de Actieagenda werk ik voornamelijk samen met de overkoepelende organisaties van verschillende instanties, zoals de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) voor gemeenten, het Interprovinciaal Overleg (IPO) voor provincies, en Netbeheer Nederland voor de netbeheerders. De afspraken in de Actieagenda worden op dit niveau gemaakt, en niet met individuele partijen.’’ Hoewel ze geen direct zeggenschap hadden in de Actieagenda, is volgens Brandligt het belang van burgers in Nederland essentieel in de uitvoering van de Actieagenda. Nu de Actieagenda bij de Tweede Kamer ligt, gaat Brandligt dan ook verder kijken naar lokale en regionale uitvoeringen van de agenda: ‘’Ik wil kijken hoe de uitvoering in de praktijk loopt en kijken waar de belemmeringen liggen. En ik kan dan wel weer op hoger niveau aankaarten wat er dan moet gebeuren. Maar ik kan het allemaal niet zelf doen, dat is zeker. Dus ik moet vooral kijken hoe anderen het kunnen doen en wie daarvoor nodig zijn en of die het werk kunnen doen.’’

Samenwerking met Energie in het OV

Brandligt vertelt hoe de Actieagenda nu al tot samenwerkingen heeft geleid: ‘’Plotseling kwamen er allerlei nieuwe zaken op mijn pad, wat al een effect is van het presenteren van de Actieagenda. Een van de rollen die ik zal vervullen, is het verkennen van mogelijke kansen die we kunnen benutten. Dit geldt ook voor het project Energie in het OV.” In zijn Actieagenda vertelt Brandligt namelijk dat hij het meervoudig gebruik van het OV-netwerk om netcongestie tegen te gaan, verder wil onderzoeken. Met al een compleet plan om het meervoudig gebruik van het OV-net in praktijk te brengen, kan Energie in het OV hierbij volgens Brandligt een mooie rol spelen: ‘’We hoeven niet bij nul te beginnen, dat het een woest idee is wat nu eerst allemaal door onderzoek moet, om eerst nog te kijken of het wat kan worden. Dus het eerste deel en de eerste stappen zijn gezet en daarmee kunnen we veel sneller aan de slag.”. ‘’Ik onderzoek momenteel hoe we dit initiatief kunnen verbinden aan de Actieagenda, in samenwerking met verschillende ministeries. Hopelijk kunnen we hiermee snel van start gaan.”

Op de vraag of hij een mooie samenwerking voor zich ziet met Energie in het OV antwoordt Brandligt dan ook volmondig: “Zeker!”

Bron: contentredactie Energie in het OV