Energiebank en Smart Energy Network trekken internationale aandacht: ‘briljante ideeën’

Ferran Rovira, industrieel ingenieur bij KRUCH

share Delen

Zoals we onlangs al schreven, trekken de innovatieve energieoplossingen van RET, met Leo Vliegenthart als de grote aanjager en ambassadeur, ook aandacht in het buitenland. Bijvoorbeeld in Spanje. We spraken erover met industrieel ingenieur Ferran Rovira.

Rovira werkt sinds 2013 bij het bedrijf KRUCH als Hoofd Mobiliteit 4.0 en is sinds 2016 tevens algemeen directeur van de Spaanse dochteronderneming KRUCH SIDOS SL. “We zijn met acht personen en maken elke dag een digitale kopie van steden en hun elektrische vervoermiddelen (metro, tram, trolley, trein, ebus),” legt hij uit. Met behulp van die digitale replica’s kunnen zij het complexe samenspel tussen voertuigen, onderstations en het stadsnet nauwkeurig simuleren, zodat nieuwe ingrepen nooit tot ongewenste verrassingen leiden.

In Spanje vormt de aansluiting op het elektriciteitsnet regelmatig een knelpunt. Rovira: “Wat wij vooral merken, is de tijd en de procedures die nodig zijn om nieuwe aansluitingen bij energieleveranciers te verkrijgen. Soms hebben we uitgestrekte steden waarbij de onderstations niet zijn aangesloten.” Die bureaucratische weg leidt tot onnodige vertragingen bij uitbreiding van lijnen of bij de realisatie van nieuwe projecten. Als één remleiding vertraagd is, stagneert een heel netwerk, zo stelt hij. Een snellere afhandeling van vergunningen en een soepelere samenwerking met netbeheerders zouden volgens hem al veel winst opleveren.

Zijn eerste echte kennismaking met Leo Vliegenthart dateert uit 2013, toen Rovira bij KRUCH begon. In een van de eerste projecten leverde KRUCH software die “niet voldeed aan de nauwkeurigheid die Leo verwachtte,” vertelt Rovira. “Ik moest het opnieuw maken en hard werken totdat Leo tevreden was.” Die hobbelige start leidde uiteindelijk tot een langdurige samenwerking: omdat Leo geloofde in het belang van een simulatie­tool, kreeg Rovira de kans om zijn model verder te verfijnen. Inmiddels vormen de digitale kopieën de basis van tal van strategische beslissingen bij RET.

Eén van de ideeën die Rovira het meest aanspreekt, is de RET-energiebank, een concept dat Leo Vliegenthart heeft ontwikkeld. Volgens Rovira zijn de energiebank en het smart energy network “briljante ideeën. Het gebruik van de infrastructuur van RET om elektriciteit te leveren aan de stad Rotterdam is het beste voorbeeld van optimaal gebruik van publieke middelen.” Inmiddels heeft hij het energiebank-concept al gepresenteerd op congressen in Spanje, Engeland en Polen, en de eerste vragen stromen binnen. “Transportexploitanten willen weten hoe ze hun eigen netten op deze manier kunnen benutten om overtollige remenergie terug te leveren,” vertelt hij.

Simulaties spelen bij zowel KRUCH als RET een centrale rol. Voor een complex netwerk met honderden voertuigen en onderstations is een digitale kopie de enige manier om écht geïnformeerd te kunnen besluiten. “Simulaties zijn fundamenteel,” verklaart Rovira. “Het hoofddoel van RET is om passagiers veilig en op tijd te vervoeren, wat betekent dat alle infrastructuurwijzigingen goed doordacht en gepland moeten zijn. Zelfs bij calamiteiten of onvoorziene scenario’s moet het netwerk veerkrachtig en voorbereid zijn.” Dankzij simulaties kunnen planners virtueel testen wat er gebeurt als bijvoorbeeld een onderstation tijdelijk uitvalt, zodat ze meteen alternatieve scenario’s in kaart hebben voordat er in het echt vertraging optreedt.

Rovira merkt dat Nederland flink kan profiteren van dezelfde aanpak. “Het doen van simulaties heeft geleid tot een vermindering van het energieverbruik bij RET. Dit is goed voor het milieu, vermindert de afhankelijkheid van derde landen en efficiëntie is voordelig voor de belastingbetaler in Nederland.” Met andere woorden: wie investeert in digitale modellen en rekenkracht, haalt directe winst in energie- en kostenbesparing. Niet voor niets beschouwt hij simulaties als “de ruggengraat van elke strategische beslissing van RET en Leo.”

In Spanje test KRUCH SIDOS SL inmiddels een aantal pilotprojecten om innovatieve energie­oplossingen uit te proberen. Een van de meest spraakmakende pilots gaat over omvormers in het metronetwerk: wanneer een metro afremt en er geen ander voertuig in de buurt is om die teruggewonnen energie op te nemen, zet een omvormer de overtollige remenergie niet om in warmte, maar voedt die terug in het middenspanningsnet. “We hebben de introductie van omvormers in het metronetwerk gesimuleerd en zagen positieve economische en energie­resultaten,” aldus Rovira. “In plaats van de energie via remweerstanden in warmte om te zetten, is het slimmer om deze energie terug te voeden in het net en elders te gebruiken.” Zo krijgt het stadsvervoers­netwerk een extra buffer en kunnen andere lijnen of delen van de stad profiteren van die remenergie.

KRUCH werkt daarnaast actief mee aan het Europese CE4CE-project (Circular Economy for Central Europe), dat zich richt op circulariteit in de publieke vervoerssector. “Het CE4CE-project stimuleert circulair economisch systeemdenken voor actoren in het openbaar vervoer uit Centraal-Europese landen om afval te verminderen en waarde te creëren,” vertelt Rovira. Denk bijvoorbeeld aan hergebruik van componenten, modulair wagenpark­onderhoud en terugwinning van grondstoffen uit uitgefaseerde voertuigen. Door samen te werken in zo’n Europees consortium kunnen Spaanse vervoersbedrijven direct meeliften op kennis en technologieën uit andere landen.

Toch lopen innovatieprojecten niet altijd vlekkeloos, zeker niet wanneer regelgevingen per land uiteenlopen. “Ik denk dat we allemaal snel moeten handelen; de markt en technologie evolueren zeer snel, en Europa zou een referentie moeten zijn bij de invoering van nieuwe technologieën. Wat ik zie, is dat de wetten sterk verschillen tussen landen: wat hier mogelijk is, is daar onmogelijk. Mijns inziens zou een vereenvoudiging en harmonisatie zeer wenselijk zijn,” zegt Rovira. Kortere en eenduidige procedures zouden volgens hem geen kosmisch idealisme zijn, maar een direct voordeel opleveren voor steden die willen overschakelen op duurzame oplossingen.

Wat technologieën betreft is Rovira overtuigd van het belang van smart grids. “Voor mij kan de batterij bepaalde situaties oplossen en helpen bij de stabiliteit, maar waar ik het grootste potentieel zie, is bij smart grids,” zegt hij. Met miljoenen sensoren in het veld, van trams tot onderstations en verkeerslichten, stroomt er nu al een enorme hoeveelheid data tegen kostprijs. Die data wordt volgens hem vaak niet optimaal benut. “Het koppelen van deze data aan simulatie­resultaten kan een game changer zijn,” voegt hij toe. Door realtime sensordata in een digitaal model te voeren, kun je voorspellingen doen over piekbelasting, mogelijke storingen en de meest efficiënte verdeelschema’s voor de komende uren of dagen.

Tot slot wijst Rovira op het belang van kennisdeling. “Soms moet je het anders aanpakken als je andere resultaten wilt bereiken. Ook helpt het om deel uit te maken van een gemeenschap van vervoerders om fouten die anderen hebben gemaakt te vermijden. Leren van elkaars ervaringen en proberen te verbeteren is voor mij erg belangrijk.” Of het nu gaat om het minimaliseren van faalkosten of om het versnellen van besluitvorming: samen leren levert een veelvoud aan voordelen op.

format_quote

Het koppelen van deze data aan simulatie­resultaten kan een game changer zijn

- Ferran Rovira

close

call +